Vandaag wil ik het (opnieuw) met je hebben over een project dat je graag in de wereld wilt zetten

Iets dus dat belangrijk voor je is, maar dat -zoals vaak gebeurt met dit soort projecten, betekent niet automatisch dat je het ook daadwerkelijk voor elkaar krijgt.

 

Ik spreek uit eigen ervaring.

Zelf ben ik al een hele tijd bezig met het introduceren van een nieuwe tak binnen mijn coach-praktijk.

Met een nieuw onderwerp waar ik uitgebreider over wil spreken.

Dit kost tijd, en het is iets waar ik telkens weer op terugkom, zelfs nadat het soms een tijdje in de ijskast heeft gelegen.

 

Er is iets dat mij elke keer weer helpt om mijn project op te pakken en er weer vol voor te gaan.

Ik hoop dat dit jou ook helpt, want het is een situatie die je vast zult herkennen:

je begint vol frisse moed en hebt het gevoel van, “Oké, ik ga stappen ondernemen en ik ga ermee aan de slag!”

Maar na dat eerste enthousiasme komt er een fase, zoals vaak gebeurt in het creatieproces, waarin het niet meer zo vlot en lekker gaat.

 

Twijfels, angsten en onzekerheden kunnen naar boven komen, of misschien heb je gewoon geen puf, zin of energie meer.

Dit zijn allemaal normale dingen, en er zijn verschillende manieren om hiermee om te gaan en de draad weer op te pakken.

 

Vandaag wil ik het hebben over iets wat volgens mij heel essentieel en enorm behulpzaam is.

Namelijk, dat je, als je al wat langer bezig bent met een project, je het contact kunt verliezen met waarom je het oorspronkelijk wilde doen—dat vuurtje onder het hele project.

Langzaam maar zeker wordt het meer een klus van “Oh, ik moet dit doen en ik moet dat doen,” en het oorspronkelijke vuur dooft een beetje uit.

 

Dat maakt het zwaar en taai.

Ik denk dat dit vaak gebeurt omdat het spannend is om vooruit te komen, en dat er iets in ons is dat dat vuurtje langzaam maar zeker laat doven.

 

Wat voor mij heel goed werkt, is om echt even te gaan zitten en terug te denken aan het moment waarop het verlangen naar dat project nog heel warm en het vuurtje nog gloeiend was.

  • Ga terug naar dat gevoel van enthousiasme, de wens en wil om ermee aan de slag te gaan.
  • Stel jezelf de vraag: Waar zat dat vuurtje? Waar voelde ik dat?
  • Persoonlijk voel ik het vaak in mijn hartstreek en in mijn bekken. Het maakt dat ik niks liever wil dan aan de slag gaan met wat ik in de wereld wil zetten.
  • Door daarbij stil te staan en dat gevoel weer terug te halen, gooi ik als het ware wat olie op het vuur, en begint het weer op te vlammen.

 

Dit is misschien iets wat jou ook helpt—iets om eens uit te proberen.

Wat je dus doet, is teruggaan naar dat oorspronkelijke gevoel van enthousiasme.

 

Denk terug aan een concreet moment of meerdere momenten waarop je dat enthousiasme voelde.

Misschien waren er gesprekken waarin je iemand vertelde over wat je graag zou willen doen.

Voel weer terug hoe je je toen voelde en wat je voor ogen had.

Wat was je verlangen? Schrijf het eventueel op.

Zo maak je herinneringen voor jezelf, en laat dat vuurtje weer oplaaien.

  • Ga ook bij jezelf na: Wat heb je misschien nodig om dat vuurtje weer op te laden?
  • Misschien moet je er opnieuw over praten met iemand, of het nog eens uitschrijven.
  • Stel je voor waar je naartoe wilt gaan en waarom dat belangrijk voor je is.

 

Ik nodig je uit om hier echt even de tijd voor te nemen en hier regelmatig bij terug te komen.

Zeker als je merkt dat het werken aan je droomproject stokt of voelt als een nare klus.

Dat willen we natuurlijk niet, want het klopt ook niet—het is geen nare klus.

Het is iets dat van belang is voor jou, en waarschijnlijk ook voor de mensen om je heen.

 

Volgens mij is dat ook wat we echt nodig hebben: mensen die de dingen doen waar hun hart sneller van gaat kloppen.

Dus, ik wens je heel veel succes hiermee. Ga ermee door, laat je niet stoppen, kom terug bij dat vuurtje en gooi er olie op!

Veel succes en plezier met alles, en tot snel weer!

Hartelijke groet,